België treedt op tegen derivaten

AFM, Buitenland, plofderivaten, Rentederivaten, Renteswaps, woningcorporaties

FSMADe Belgische evenknie van AFM, de FSMA, heeft een rapport (link: FSMAgepubliceerd naar aanleiding van een onderzoek dat zij heeft gedaan naar de verkoop van rentederivaten aan het MKB (‘kmo’). In duidelijke woorden geeft zij aan dat banken hebben tekortgeschoten. Dat gebeurt in Nederland ook wel -tot op bepaalde hoogte- door AFM, maar zij gaan op één punt duidelijk verder dan de AFM: concrete herstelmaatregelen opleggen. AFM laat die invulling juist over aan de banken.

Conclusie

In dit rapport spitst de toezichthouder zich op ‘bermudan callable’ rentederivaten. Dat zijn rentederivaten in combinatie met een door de klant geschreven optie. De conclusies zijn niet mals:

  • de inzameling van klantgegevens door de bank voldoet niet aan de wettelijke bepalingen;
  • banken hebben niet altijd een passendheidstest uitgevoerd;
  • banken kunnen niet aantonen dat ze hebben voldaan aan de verplichtingen inzake informatieverstrekking over de geadviseerde rentederivaten.

De algemene conclusie is kort en krachtig: “…geldt als algemene vaststelling dat geen van de banken aan de FSMA heeft kunnen aantonen dat alle regels met betrekking tot de zorgplicht werden nageleefd en dat de cliënten op het ogenblik van de verrichting in staat waren de risico’s te begrijpen die verbonden zijn aan dergelijke producten.” Deze zin is de moeite waard om nog een keer te lezen.

‘Remediëring’

Wat echt opvallend is, is dat de FSMA de betrokken bank heel concreet oplegt hoe zij deze situaties moeten oplossen met hun klant (‘remediëring’). In Nederland laat de AFM dit geheel over aan het eigen inzicht van de banken, waardoor er maar zeer beperkt oplossingen worden voorgesteld en de geboden oplossingen zelf ook zeer beperkt zijn. De zuiderburen zijn kristalhelder:

  • de ‘bermudan swap’ moet worden vervangen door een ‘plain vanilla swap’ (gewone renteswap zonder optie);
  • het rentevoordeel dat de klant had vanwege die geschreven optie, blijft behouden voor de klant;
  • elke bepaling die een onevenwichtig voordeel aan de bank biedt of misleidend zou kunnen zijn voor de klant, wordt als nietig beschouwd;
  • de herziening moet binnen vier maanden na de datum van het onderzoek van de FSMA zijn afgerond;
  • de banken moeten er voor zorgen dat ze personeel inzetten die goed gekwalificeerd zijn in deze specifieke materie (dat was dus blijkbaar niet het geval);
  • alle kosten van de herstructurering zijn voor rekening van de bank;
  • banken betalen daar bovenop een schadevergoeding (‘commerciële tegemoetkoming’) aan elke klant.

Informatie

De FSMA stelt dat de informatieverstrekking aan klanten sterk verbeterd moet worden. Banken moeten kunnen “garanderen dat de cliënt begrijpt wat wordt verstaan onder beleggingsrisico, alsook wat het verband is tussen het risico en het rendement van de belegging.” Dit is precies het punt waarop het bij Nederlandse banken vaak tekortschiet.

België – Nederland

Hoewel dit rapport gericht is op ‘bermudan callable’ rentederivaten, is dit zeker ook relevant voor de Nederlandse situatie. Zo zijn in Nederland vergelijkbare producten op grote schaal verkocht aan woningcorporaties; de zogenaamde ‘extendible leningen’ ofwel plofderivaten.

Daarnaast zijn de maatregelen van toepassing op alle ‘niet-professionele beleggers’. In Nederland is de groep op doordachte wijze flink kleiner gemaakt door alleen te kijken naar ‘niet-professionele MKB’ers’; bovendien wordt daarbij ook nog een definitie van MKB gebruikt waardoor de groep nog kleiner wordt.

Bovendien geeft het inzicht in het het kordate optreden van de FSMA, die de banken concrete oplossingen voorschrijft en daarbij geen ruimte voor interpretatie overlaat aan de banken. Van met name dat laatste kan de AFM nog veel leren!